Aftoppen om het energietransport naar de druiven te sturen

Er is veel regen gevallen. De wijnstokken groeien als kool. Het energietransport vanuit de wortels draait op volle toeren. Het komt er nu wel op aan dat het transport de goede kant op gaat. Dat is de reden dat de wijnboeren overuren draaien. Zij moeten hun wijnstokken aftoppen. Op die manier blokkeren ze het transport naar de top. Alle energie moet naar de druiven!

De wijnboer heeft 2 manieren om het energietransport te sturen: aftoppen en oogsten. In deze periode van het seizoen schreeuwt de top van de plant het hardst om energie. Die wil namelijk omhoog. Dat noemen we apicale dominantie. Het betekent dat de top van de plant (apex) harder groeit dan de rest van de plant. Het energietransport luistert daarnaar en stuwt de groeikracht helemaal naar boven. De druif is te bescheiden. Hij roept minder hard om energie, maar heeft die voor het afrijpen wel hard nodig. Daarom grijpt de wijnboer in. Hij verandert de bestemming van het energietransport in de plant.

Overleven

Simpel gezegd maakt het energietransport na de 1^e keer aftoppen rechtsomkeert. Het gaat van de uitlopers ‘terug’ naar een ander deel van de wijnstok. Over een paar weken topt de wijnboer nog een keer af. Dat stimuleert het energietransport om koers te zetten naar de druiventrossen. Het is niet zo dat de wijnstok uit zichzelf helemaal geen energie naar de druiven stuurt. Hij weet wel beter. De druiven produceren zaad. Dat is belangrijk voor de vermenigvuldiging van de wijnstok. Hij wil ‘overleven’, dus stuurt ook energie naar de druiven.

Wintervoorraadje

Na de oogst is er geen druif meer die nog om energie vraagt. Dan stuurt de wijnstok z’n energietransporteurs richting het oude hout. Dat kan daarmee reservestoffen aanleggen om de winter door te komen. Heel belangrijk! Een wijnboer die te laat plukt, geeft z’n wijnstokken te weinig tijd om een wintervoorraadje aan te leggen.

©Nederlandsewijngids.nl